Menu


Goud en Zilversmid’s Compagnie 100 jaar

 

Het is dit jaar precies 100 jaar geleden dat Gerrit Rietveld de opdracht kreeg voor de verbouwing van de winkelpui en inrichting van de Goud en Zilversmid’s Compagnie. De juwelierswinkel aan de Amsterdamse Kalverstraat kreeg bij de verbouwing een bijzondere gevel. De pui is opgebouwd als een ruimtelijke compositie van verscheidene volumen en vlakken. Hoewel er weinig (beeldmateriaal) van de gevel is overgebleven, zijn de exacte vormen goed te zien in de prachtige maquette (gemaakt van hout, glas, karton en multiplex) die Rietveld als studie maakte. Deze maquette wordt bewaard in de collectie van het Centraal Museum Utrecht.

Afmetingen maquette: Hoogte 38 cm; Breedte 50,4 cm; Diepte 38 cm.

Lees meer over deze periode uit Rietveld’s oeuvre in het hoofdstuk ‘De vroege jaren’ op de Architectuur pagina.

Met deze verbouwing veroverde Rietveld een plaats in de gelederen van de moderne architecten

“De verbouwing hield meer in dan alleen de wijziging van de gevel zoals voor de firma Begeer in 1919. In een brief van 18 maart 1922 aan JJP Oud legde Rietveld uit dat de opdracht niet gemakkelijk was: binnen een lange, smalle, scheve ruimte en buiten een kleine pui, terwijl de opdrachtgever ‘in de bonte rij winkels vol kleur en aantrekkelijkheid een “opvallende” maar toch “deftige” en zoo “royal” mogelijk doende winkel’ voor ogen stond. Bij de winkelinrichting probeerde Rietveld een eenheid tot stand te brengen door ‘stukken bij elkaar te trekken door tapijt enz.’, door de plaatsing van meubelen (naar zijn ontwerp) en door kleurvlakken op muren en plafond. Aan de buitenzijde werd de gewenste royale pui gesuggereerd door het bovenlicht van de etalage door te laten lopen boven de huisdeur en door de pui op te bouwen als een plastische compositie van verscheidene volumen en vlakken. Wat Rietveld in de breedte van het pand te kort kwam, zocht hij in de diepte. De gevel was aanvankelijk wit en zwart geschilder, twee jaar later werden deze kleuren op voorstel van Rietveld vervangen door blauw, geel en rood voor de kozijnen en wit en grijs voor de muurvlakken. Met deze verbouwing veroverde Rietveld een, zij het nog bescheiden, plaats in de gelederen van de moderne architecten. Het ontwerp werd direct na gereedkomen besproken in Nederlandse en buitenlandse tijdschriften zoals De Stijl, Bouwkundig Weekblad, Schweizerische Bauzeitung en L’Architecture Vivante. De meubelen werden, op verzoek van de opdrachtgever, in Leipzig gemaakt door J. en G. Gottschalck.”

bron: Marijke Küper en Ida van Zijl. Gerrit Th. Rietveld. Het volledige werk. Centraal Museum 1992.